Opening HHS '05 – De rol van een multiculturele hogeschool

Geachte studenten, geachte medewerkers en genodigden, geachte Raad van Toezicht,

Vandaag start het 10de hogeschooljaar in dit prachtige gebouw aan de Laakhaven. De vestiging van de Haagse Hogeschool  in het Laakhavengebied, betekende ook de start van de wederopbouw van het gebied achter Den Haag HS. Bedrijven als  Bever Sport, Delta Lloyd en T-Mobile vestigden zich in de omgeving. En in de komende jaren kunnen  we de Mondriaan onderwijsgroep aan de overkant van het Leeghwaterplein gaan verwelkomen.
Is er veel veranderd binnen de Haagse Hogeschool in de afgelopen 9 jaar? Ja en nee. De Haagse Hogeschool was tussen de andere hogescholen altijd al een beetje een degelijke hogeschool, sterk op de student gericht. Uit recent imago-onderzoek onder jongeren uit de regio blijkt dat de hogeschool daarin niet is veranderd. De jongeren zijn nog steeds van mening dat de Haagse Hogeschool meer eist van zijn studenten dan sommige concurrenten in de nabije omgeving. En wij willen de lat ook graag zo hoog houden. Als je een diploma hebt van onze hogeschool dan heb je dat te danken aan extra inspanningen en prestaties.
In zijn samenstelling is de hogeschool echter wel veranderd. Waren er in 1996 slechts 1.000 studenten met een migrantenachtergrond, nu zijn dat er ca. 5.000. Of te wel, binnen 10 jaar is het percentage migranten studenten gestegen met 8% naar 35%. Het lijkt mij daarom goed te spreken over de rol van de Haagse Hogeschool in een multiculturele samenleving. Laat ik beginnen met de rol die elke hogeschool of universiteit in de grote stad moet spelen. Van groot belang is de sociale mobiliteitsfunctie. Het hoger onderwijs is in deze huidige samenleving als geen ander instituut hét voorportaal naar een hogere sociale status en naar grotere participatie. Een hogere onderwijsdegree leidt tot grotere materiële welvaart en tot betere kansen voor je kinderen. Daarmee is het hogeschooldiploma een gewild artikel. In veel gevallen zal de student het onderwijsniveau van zijn ouders overtreffen. De student aan de Haagse Hogeschool van wie de vader noch de moeder zelf hoger onderwijs hebben genoten noemen we een eerste generatie student. Van alle eerstejaars studenten van de Haagse Hogeschool is 53% zo’n eerste generatie student. Dat zijn dus studenten die van hun ouders geen ervaring met het hoger onderwijs hebben meegekregen. Eerste generatie studenten moeten het zelf doen, meer nog dan de studenten die uit een gezin komen waar vader en moeder zelf wel hebben gestudeerd. Het mag duidelijk zijn dat met een dergelijk hoog percentage eerste generatie studenten de hogeschool dé belangrijkste sociale liftfunctie van deze stad heeft. Wil je voor je kinderen een goede toekomst? De ouders in Haaglanden zullen als eerste denken aan de Haagse Hogeschool en TH Rijswijk. Deze sociale liftfunctie geldt voor zowel autochtone als migranten studenten. Ook een belangrijk deel van de autochtone studenten is eerste generatie student. Maar bij de migranten studenten is dit bijna iedereen. En als, om maar bij de metafoor van de lift te blijven, de autochtone eerste generatie student van de 4e naar de 5e verdieping gaat, komt de migranten student in één keer van de begane grond naar de vijfde verdieping. En dat is een grote sprong! Kortom, je kunt dus zeggen dat onze hogeschool een belangrijke emancipatorische functie heeft.

Zoals ik al eerder zei, is onze hogeschool in 9 jaar veel kleurrijker geworden. Dat geldt niet alleen de herkomst van onze studenten. Maar ook voor het palet van talen dat in dit gebouw gesproken wordt. Kenden wij 10 jaar geleden uitsluitend Nederlandstalige opleidingen, inmiddels tellen wij 6 Engelstalige opleidingen met veel internationale studenten. In gangen en liften hoor je menig andere vreemde taal. Wie zijn talen wil oefenen, van Chinees tot Hongaars, van Nieuwgrieks tot Arabisch, komt hier altijd iets van zijn gading tegen. Als je hier rondloopt, begeef je je in de internationale en multiculturele samenleving, die de Haagse Hogeschool heet.

De Haagse Hogeschool is een internationale en multiculturele hogeschool. En een dergelijke hogeschool kan alleen gedijen in een open en gastvrije samenleving. Een samenleving die werkelijk geïnteresseerd is in andere culturen en die vreemdelingen welkom heet. De grenzen zouden daarom niet gesloten mogen worden maar juist wagenwijd opengezet. Er zijn vele bronnen van menselijke creativiteit en ondernemerschap in de hele wereld. Als we onze grenzen sluiten heeft dat direct tot gevolg dat we Nederland isoleren van al die nieuwe groepen jonge wereldburgers die met veel elan de toekomst opbouwen. Dat isolement is wel het laatste dat Nederland kan gebruiken. Door de ontmoeting tussen mensen uit diverse culturen wordt in onze wereld juist veel vernieuwing tot stand gebracht. En daarom zou er ons veel aan gelegen moeten liggen dat we in het hoger onderwijs in Nederland veel krachtdadiger inzetten op het aantrekken van wereldwijd jong intellect en creativiteit. Het is daarom van het grootste belang dat nieuwkomers zich in Nederland thuis voelen. Nederland moet snel hún land worden. Dat geldt voor de nieuwkomers evengoed als voor de reeds gevestigde migranten en hun kinderen. En de creativiteit en progressie die alle migranten in zich hebben, komt onze samenleving alleen maar ten goede als Nederland diversiteit honoreert, waardering geeft, stimulerend is, ondersteunt waar dat nodig is en individueel en collectief succes beloont.

Als we over de multiculturele samenleving spreken lijk je tegenwoordig niet om het onderwerp radicalisering heen te kunnen. Sommigen in dit land willen ons doen geloven dat de multiculturele samenleving nauw verweven is met radicalisering en terreur. En zij kondigen dan ook het einde van de multiculturele samenleving aan. Maar ik zou het willen omdraaien. Doorgeschoten radicalisering en terreur zijn juist een aanval op het vreedzaam samenleven van diverse culturen. Dat geldt net zo goed voor Turkije, Marokko of Egypte, als voor Engeland, Spanje en Nederland. In alle landen is het de vraag hoe de doorgeschoten radicalisering en terroristische acties het best kunnen worden bestreden. Alleen meer politie en leger inzetten als reactie op terrorisme is ineffectief. De aanpak van terrorisme zou een veel bredere invalshoek moeten kennen. Juist door heel goed onderwijs te verzorgen, een positief intellectueel leerklimaat te organiseren en door eerste generatie studenten extra te ondersteunen in studie en werk kunnen hogescholen en universiteiten een rol van betekenis spelen. Als instituten waar creatieve en toekomstgerichte jonge mensen leren en studeren, zijn zij bij uitstek geschikt om vorm te geven aan goede discussie en dialoog over de multiculturele en internationale samenleving.

Ik herinner me sinds 9/11 veel discussies binnen onze hogeschool over dit onderwerp. Het onderwerp is ruim, zeer ruim. Soms gaat de discussie over de Islam, soms over de relatie tussen religie en staat, over de geweldsmotieven, over gedrag, over kleding, over vervuiling en verloedering van de oude wijken in de grote stad, over taal, over discriminatie in de disco, over de deelname van allochtonen in de sport, over sex en de Islam, over uithuwelijken, over de rol van de media, over bidden in openbare ruimtes, over feestdagen, etc,. Ik zou een nog veel langere lijst kunnen maken van alle onderwerpen die in onze hogeschool besproken zijn. Kortom, de discussie bij ons en ook in onze samenleving gaat over alle onderwerpen die je maar kan verzinnen. Het is goed dat niets onbesproken blijft en dat velen zich in deze discussies roeren. Toch wil ik hier een kanttekening bij maken. Het valt mij op, dat deze discussies te vaak te snel naar onwrikbare conclusies leiden. Zou het dus niet verstandiger zijn om over zulke complexe en gevoelige onderwerpen met elkaar de dialoog te zoeken? Niet onmiddellijk willen overtuigen, maar vooral ook te luisteren naar de redenen en motieven van de ander? Samen te onderzoeken. Bij een dialoog laat je de ander in zijn waarde, dat bevordert wederzijds respect en verrijkt uiteindelijk de discussie en het debat.

Het is belangrijk om ook in het hart van de samenleving adequate maatregelen te nemen. De regering meent dat in een tijd van grotere spanningen in onze samenleving een verhoging van het aantal politieagenten nodig is. Maar is dat effectief als tegelijk door dit kabinet in de grote steden van Nederland heel veel docenten in het basisonderwijs worden ontslagen, als in de basisscholen met veel migranten kinderen de klassengrootte weer fors omhoog gaat? Ik durf de stelling te verdedigen dat 5.000 docenten in de grote steden erbij effectiever is dan 5.000 politieagenten erbij. Als onderwijs slecht wordt uitgevoerd dan is onderwijs zeer discriminerend voor de kanslozen in onze samenleving. Als onderwijs goed wordt uitgevoerd dan zullen de kansarmen verder op weg worden geholpen. Hun kansen op een verre eindstreep nemen aanzienlijk toe. En daarmee ook hun kans op later maatschappelijk succes. Voor de migrantenkinderen, zeker de 2e en 3e generatie, zijn er in potentie veel mogelijkheden. Goed, heel goed onderwijs in de grote steden is van levensbelang voor een duurzame opbouw van onze samenleving. Nu de regering het aantal docenten in het basisonderwijs in de grote steden terugschroeft ontstaat er een self fulfilling prophecy. Met enig cynisme weet ik nu wel zeker dat Nederland in de toekomst die 5.000 agenten extra goed kan gebruiken.

De discussie in Nederland over de multiculturele samenleving kenmerkte zich lange tijd door een grote mate van onverschilligheid. Sinds enige jaren is Nederland die onverschilligheid kwijt. De vraag is dan wat er voor in de plaats is gekomen? Als onverschilligheid plaats moet maken voor een categorisch afwijzen van migranten, hun waarde voor en bijdrage aan de samenleving en cultuur, verhinderen van hun religie of hun identiteitsbeleving dan ligt dit dicht aan tegen discriminatie en racisme. Nederland laat dan een geweldige kans tot vernieuwing en verrijking van zijn cultuur liggen. En met een steeds globalere wereldeconomie is dat geen goede uitgangspositie. In onze hogeschool kennen we sinds enige jaren de strategische driehoek: talentontwikkeling, betrokkenheid en belevenis. Het zijn de 3 peilers van ons onderwijs. In het project talentontwikkeling zijn studenten van de Haagse Hogeschool en TH Rijswijk mentor van leerlingen in het VO en MBO. Zij begeleiden de leerlingen in het voortraject bij hun studiekeuze. En eenmaal hier op school krijgen eerstejaars een ouderejaars student als tutor toegewezen. Naar de talentontwikkeling van migrantenkinderen wordt veel onderzoek gedaan. Ons Lectoraat Groot Stedelijk Ontwikkeling, onder leiding van Jacques van de Ven, publiceerde recent in “Succesvol in Den Haag?!” de resultaten van grootschalig onderzoek onder onze studenten. Dit unieke onderzoek geeft een goed beeld van de mechanismen die de sociale mobiliteit in de multiculturele grote stad kenmerken. Naast talentontwikkeling zijn betrokkenheid en belevenis erg belangrijk. Als onverschilligheid jegens migranten door iets moet worden vervangen dan is dat door betrokkenheid. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Want wat is betrokkenheid? Wanneer zijn migranten en autochtone Nederlanders op elkaar betrokken. In ieder geval niet als je de ander volledig alleen laat staan, als je jezelf niet openstelt voor die ander. Ook niet als je van die ander vraagt zich volledig te assimileren naar jouw mensbeeld en cultuur. Betrokkenheid heeft veeleer te maken met ruimte geven aan de ander, reageren op die ander, kritiek leveren. Kritiek geven en kritiek kunnen ontvangen is de natuurlijke partner van betrokkenheid. Als onze docenten betrokken zijn op onze studenten, dan volgen ze hen kritisch in hun keuzen. Je denkt mee en je denkt tegen.

Binnenkomen in een vreemde wereld is altijd moeilijk. De Brabanders die 150 jaar geleden massaal naar Rotterdam verhuisden, importeerden de katholieke kerk in het Rotterdamse straatbeeld. En nu worden door de nieuwe burgers van Rotterdam moskeeën gebouwd. De joden uit Portugal en Antwerpen kwamen naar Amsterdam en bouwden er hun synagogen. Molukkers hadden het 30 jaar zeer moeilijk in Nederland maar de 3de en 4de generatie doen het goed. De Nederlanders die naar Canada emigreerden, zij namen hun eigen cultuur en kerk mee, maar wat hadden zij het moeilijk, generaties lang. Een deel kwam teleurgesteld terug, anderen bleven en hun nazaten leveren nu een belangrijke bijdrage aan die samenleving. Al die emigranten, waar ook ter wereld, hebben hun identiteitscrisis nodig. Ze hebben een identiteitscrisis nodig om te kunnen overleven. Dat geldt voor de migrant, maar het geldt ook voor de ontvangende samenleving. De verandering van een monocultureel land naar een multicultureel én internationaal georiënteerd land blijkt geen eenvoudige stap. De leus ‘integratie, met behoud van de eigen identiteit’ gold blijkbaar niet alleen voor de migrant, maar ook voor de Nederlandse samenleving. Tot voor kort realiseerden velen in Nederland zich onvoldoende dat de grote groepen joden, Marokkanen, Turken, Surinamers, Antillianen, Pakistanen, Somaliërs, een heel interessante bijdrage leveren, juist door de Nederlandse identiteit en cultuur te vernieuwen. Het overwinnen van deze identiteitscrisis is de verandering en vernieuwing van de Nederlandse cultuur en identiteit zelf.

Wij leiden de professionals en de leiders van morgen op. De Haagse Hogeschool kent de grootste concentratie migranten studenten van alle Nederlandse universiteiten en hogescholen. Wij willen echter meer voor hen doen dan alleen maar goed onderwijs geven. Want goed onderwijs is in dit geval niet genoeg. Daarom organiseren we heel veel discussies, we stimuleren studenten om zelf de organisatie van het debat op te pakken, we stimuleren studentenverenigingen, we stimuleren al onze studenten om een kwalitatief goede stageplaats te vinden, en afgelopen week hebben we in samenwerking met het instituut Clingendael en Forum een summerschool georganiseerd. Onze 25 beste studenten met een moslimachtergrond zijn met veel bekende personen uit binnen- en buitenland in discussie gegaan. De week stond in het teken van ‘Islam en leiderschap’. Tariq Ramadan en professor Mohammad Darif uit Marokko stonden garant voor een masterclass van hoog niveau. Maar ook de gesprekken met Maurits Berger en Sadik Harchaoui, kamerleden en de hoofdredactie van de NRC waren geweldig. Ik verwacht van deze summerschool dat de deelnemers hun gedachten en analyses flink hebben aangescherpt. Daarmee kunnen zij een voorbeeld geven en zelf het leiderschap nemen dat van hen gevraagd wordt en zal worden.

Nederland heeft lang gedacht dat we grote groepen migranten zouden kunnen integreren met behoud van de eigen identiteit en zonder dat de Nederlandse identiteit zou hoeven te veranderen. Dat is een illusie gebleken. Volgens de uitstekende analyse van Han van der Horst, historicus en auteur van een aantal interessante boeken over Nederland, dachten Nederlanders heel lang dat ze in “het beste land ter wereld” woonden. En vervolgens kregen Nederlanders het gevoel dat het beste land ter wereld ergens van zijn ankers is losgeslagen. Van der Horst analyseert nog verder onder de oppervlakte en constateert dat Nederland nu pas aan het los komen is van de industriële ordening die midden 19de eeuw zijn begin kende. Daarentegen zal de postindustriële 21-ste eeuw getekend worden door diversiteit. Diversiteit is de kiem van de oplossing van onze identiteitscrisis. De Nederlandse identiteit en cultuur zijn wel degelijk aan het veranderen. De identiteitscrisis is noodzakelijk om de veranderingen te integreren in onze identiteit. De Nederlandse identiteit kan er verrijkt uit tevoorschijn komen. En daar ligt onze rol als hogeschool. Onze hogeschool met een grote diversiteit vormt de broedplaats voor die nieuwe identiteit. De bundeling en benutting van diversiteit kan en moet ontkiemen bij de jonge aanstormende generatie. In de tweede helft van de vorige eeuw waren de studenten al vaak de voorlopers voor maatschappelijke en culturele vernieuwingen. Ook nu zie ik de doorbraak naar een Nederland dat zich in de toekomst ingebed weet in een wereldeconomie, dat heel veel banden en relaties onderhoudt met zeer veel landen en culturen en dat zelf jaarlijks veel jonge mensen uit de hele wereld als student verwelkomt. Daaruit ontstaat de broedplaats van nieuwe creativiteit en maatschappelijke kracht. Dat is het nieuwe Nederland waarin deze hogeschool een belangrijke rol wil spelen.

Ik wens iedereen een heel goed nieuw hogeschooljaar toe en geef graag het woord aan Femke Halsema.

Genoemde literatuur
Jacques van de Ven e.a., Den Haag succesvol?!, 2005, uitgeverij Haagse Hogeschool, Den Haag
Han van der Horst, Het beste land van de wereld, 2005 uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam

download PDF van deze toespraak